Stap drie
We hebben besloten onze wil en ons leven over te dragen aan deze Hogere Macht
In stap één hebben we toegegeven dat we machteloos waren tegenover onze relaties en dat ons leven onbestuurbaar was geworden. Bij stap twee kwamen we tot het besef dat er een Macht is, veel groter dan wij, die ons terug bij ons verstand kan brengen.
Stap drie vraagt dat we iets doen: we nemen een besluit. Hiermee openen we een deur, die leidt naar herstel. De sleutel hebben we zelf: het is onze bereidheid. De bereidheid om verstarde ideeën op te geven. Toegeven dat we niet alles kunnen of moeten regelen. Bereidheid tot overgave, aan God zoals we ons die persoonlijk voorstellen.
De meesten van ons hebben geprobeerd om op eigen kracht te leven. Als een toneelspeler die alles in eigen hand wil houden: de belichting, het decor, de regie. Als iedereen naar ons zou willen luisteren, zou de voorstelling geweldig worden. We gebruikten ons hele arsenaal aan trucjes. We waren vriendelijk, tactvol, geduldig, onbaatzuchtig en wijs. Als het ons uitkwam, konden we ook gemeen zijn, zelfzuchtig, oneerlijk en dwingend. Anderen kregen de schuld als de voorstelling niet lukte.
We wilden wel eens toegeven dat het aan ons lag, maar vaak was dat toegeven maar schijn. In feite zaten we vol met boosheid, wrok, verontwaardiging en zelfbeklag. We werden niet begrepen, iedereen was tegen ons.
Zelfs bij het bidden konden we ons vaak niet overgeven. We hadden geleerd te vragen om wat we wilden, maar wilden zelf de controle behouden. We vroegen God ons te helpen bij het bereiken van ons doel.
We waren een voorbeeld van dolgedraaide eigengereidheid, ook al wilden we dat niet toegeven.
Dat was onze oude stijl van leven, nu wordt het tijd voor een nieuw bestuur.
Stap drie is een logisch gevolg op de stappen één en twee. Als we die met succes hebben gezet, volgt stap drie vanzelf. Als we hebben toegegeven dat we machteloos waren en dat de boel onbestuurbaar is geworden, als we zijn gaan geloven dat Iemand met heel veel macht en wijsheid bestaat en ons liefheeft, waarom geven we die macht niet een kans om alles te besturen? Wat hebben we tenslotte te verliezen, behalve onze ellende?
Stap drie is geen gemakkelijke stap. We zijn vaak te bang om nog iets of iemand te vertrouwen. Als die Hogere Macht ons nu eens geeft wat we denken dat we verdienen? We schrijven onze eigen, laagdunkende mening over onszelf toe aan onze Hogere Macht. We zijn geobsedeerd door onze eigen gebreken. We denken dat God is zoals onze ouders, onze vrienden, of onze partners. Velen van ons hebben van hun partner hun Hogere Macht gemaakt. Maar we weten nog van stap twee dat God veel groter is dan dit alles. Groter dan ons geschonden zelfbeeld, dan ons verstoord beeld van God, en groter dan alles wat ons menselijke denken kan verzinnen.
Sommigen van ons voelen nog ten volle de macht van hun verslaving. Of het nu gaat om relaties, geld, drugs of eten, verslaving betekent kans op geestelijk en lichamelijk doodgaan. We zijn met dit programma begonnen omdat we op het pad van de zelfvernietiging zaten. Met dit gedrag konden we tijdelijk de emotionele pijn verdoven, de verveling tegengaan of de stress verlichten. Vertrouwen hebben in een Hogere Macht is een hele uitdaging, want God kan onmogelijk gemanipuleerd of bestuurd worden.
Alan W. Watts formuleerde het als volgt: "We moeten duidelijk onderscheid maken tussen geloof en vertrouwen. In de praktijk is geloof vrijwel lijnrecht tegenover vertrouwen komen te staan. Geloof, zoals ik het bedoel, is staande houden dat de waarheid is wat je graag zou willen dat ze was. De gelovige stelt zijn geest open voor de waarheid, op voorwaarde dat deze aansluit bij de ideeën en wensen die hij al heeft. Bij vertrouwen stel je je geest onvoorwaardelijk open voor de waarheid, wat die ook blijkt te zijn. Vertrouwen is niet vooringenomen; het is een sprong in het grote onbekende. Geloof betekent vasthouden, vertrouwen betekent loslaten. Vertrouwen is de meest wezenlijke deugd van een persoonlijke geloofsovertuiging die je niet voor de gek houdt."
Om te kunnen loslaten, is het niet nodig om God te begrijpen, want ook dat is controlegedrag.
Indien je met deze stap moeilijkheden ondervindt, of indien de gedachte aan overgave je te veel afschrikt, kan het betekenen dat je te hard van stapel loopt en jezelf te hard wil dwingen om aan het programma te werken. Stap drie wil juist zeggen dat je ook je herstel aan God overlaat. Ga indien nodig nog even terug naar de stappen één en twee en wacht rustig tot je klaar bent voor stap drie. Vraag je Hogere Macht om je daarbij te helpen.
Betekent stap drie dat we zelf helemaal niets meer moeten doen en nergens meer verantwoordelijk voor zijn? In het begin misschien wel, totdat we tot rust zijn gekomen. Na een poosje leren we dat loslaten en vertrouwen hebben ook kan zijn: doen wat je kunt, en niet meer. Je doet zelf je best, en laat het resultaat over aan God. Zoals een zieke die herstelt, en langzaam, naarmate hij op krachten komt, de draad weer oppakt. Wat je alvast kunt doen, is yoga en meditatie leren, ademhalingsoefeningen, oefeningen om te aarden, alles wat helpt bij loslaten en tot rust komen. Zo bevorder je het proces. En de regel die ALTIJD geldt is: ZORG GOED VOOR JEZELF.
Wees niet hard voor jezelf, indien je terugvalt in je oude patroon. Elke herstellende verslaafde maakt dit mee. Onze oude gedachten roepen ons vaak terug naar onze eigen wil, en we pakken alles terug. Opnieuw proberen we voor God te spelen in ons leven en dat van anderen. Oude twijfels steken de kop op. We beginnen te geloven dat het programma misschien wel voor anderen werkt, maar wij zijn anders. We verliezen de moed en vragen ons af of we wel kunnen veranderen. De anderen in de groep, vooral het contact via de telefoon, helpen ons over deze moeilijke momenten heen.
Zulke ervaringen doen ons inzien dat het programma meer is dan een vluchtig wonder, iets wat je op een regenachtige middag kunt doen. Het is onze kans om als een heel mens te leven. Als we dat willen, moeten we er alles voor over hebben, ook al moeten we God meermaals om hulp vragen.
We kunnen de God die we ons voorstellen vragen ons uit de slavernij van deze oude gedachten te bevrijden, beetje bij beetje, met één dag tegelijk. Naarmate we dagelijks aan ons programma werken, neemt onze bereidheid tot overgave toe.
Onze weerstand heeft ook te maken met ons streven naar onafhankelijkheid. We klampen ons vast aan de illusie dat vrijheid betekent dat we onze eigen weg gaan. Misschien willen we alleen onze meest pijnlijke problemen aan God overdragen. Dit is gewoonlijk het begin. Zo krijgen we het nodige vertrouwen, naarmate we merken dat God een oplossing heeft voor al onze problemen. Naarmate onze problemen minder acuut worden, aanvaarden we meer het idee van een volledige overdracht van ons leven.
Bij stap drie zul je merken dat herstel vol paradoxen zit. Naarmate we ons leven minder beredderen en vertrouwen op wat God wil, worden we kalmer en aanvaarden de dingen om ons heen. Naarmate we onszelf minder in de dwangbuis van de zelfdiscipline stoppen, valt het anderen op hoe gedisciplineerd we zijn. Hoe meer we onze Hogere Macht vertrouwen, hoe onafhankelijker we worden. Hoe minder we proberen om bij anderen op te vallen, hoe meer onze omgeving merkt dat we aan het veranderen zijn. We worden kalmer en hebben het gevoel dat een zware last van onze schouders is gevallen. Dit kan plots gebeuren, of er kunnen dagen overheen gaan, naarmate we bewust inzien dat onze Hogere Macht het overneemt. We ervaren een persoonlijke beleving van God, die boven menselijke conflicten en dogma's uitstijgt.
Met de eerste drie stappen leggen we de basis voor de verdere stappen en het vinden van de vrede en gemoedsrust die we zoeken. Nu dit besluit is genomen, is onze strijd voorbij. Het was misschien een hele uitdaging, maar we kunnen nu verder gaan met stap vier.
Stap drie
Stap 3 (een kortere versie)
Wij namen het besluit onze wil en ons leven over te geven in de hoede van God, hoe ieder van ons Hem dan ook persoonlijk aanvaardt.
In de eerste stap hebben wij toegegeven dat wij machteloos waren ten opzichte van onze relatie en dat ons elven onleefbaar was geworden.
Met de tweede stap kwamen we tot het besef dat een kracht, groter dan wijzelf, ons ons gezond verstand kon teruggeven.
De derde stap vroeg om een daad. Het is het openen van een deur. De sleutel hebben wijzelf en is onze bereidheid. De bereidheid om verstarde ideeën op te geven. Toegeven dat wij niet alles moeten en kunnen regelen. Vertrouwen op de positieve Kracht, op God, wat wij daaronder dan ook verstaan.
De meesten van ons hadden geprobeerd op eigen kracht te leven. Als een toneelspeler die alles in eigen hand wilde houden: de belichting, het decor, de regie. Als iedereen maar naar ons zou willen luisteren zou de voorstelling geweldig worden. We gebruikten al onze mogelijkheden. We waren vriendelijk, tactvol, geduldig, onbaatzuchtig en wijs. Als het ons uitkwam konden we ook gemeen zijn, zelfzuchtig, oneerlijk en dwingend. Anderen kregen de schuld als de voorstelling niet lukte.
We wilden nog wel eens toegeven dat het ook aan ons lag, maar dit toegeven was vaak schijn. In feite zaten we vol met boosheid, wrok, verontwaardiging en zelfbeklag. We werden niet begrepen, iedereen leek tegen ons.
Ooit meenden we dat we alles in eigen hand moesten houden. Maar deze gedachten bleek de wortel van onze moeilijkheden. We waren het voorbeeld van dolgedraaide eigengereidheid, ook al zouden we dat nooit van onszelf gezegd hebben.
De derde stap leert ons vertrouwen, of zoals Alan W. Watts het formuleert: "Wij moeten duidelijk onderscheid maken tussen geloof en vertrouwen. Geloof is in de praktijk namelijk vrijwel lijnrecht tegen vertrouwen komen te staan. Geloof in de zin waarin ik het woord hier gebruik, is staande houden dat de waarheid is wat je graag zou willen dat ze was. De gelovige stelt zijn geest open voor de waarheid op voorwaarde dat deze aansluit bij de ideeën en wensen die hij al heeft. Bij vertrouwen stel je je geest echter onvoorwaardelijk open voor de waarheid, wat die ook mag blijken in te houden. Vertrouwen is niet vooringenomen; het is een sprong in het grote onbekende. Geloof betekent vasthouden, vertrouwen loslaten. In die zin is vertrouwen de meest wezenlijke deugd van de wetenschap en tevens van elke persoonlijke geloofsovertuiging die je niet voor de gek houdt."
Met de derde stap stelden we ons open voor verandering. We zetten de deur op een kier. Dat werkte al bevrijdend en ontspannend. We hoefden niet meer tegen de stroom op te roeien. Evenmin het leven en de omstandigheden naar onze hand te zetten. We merkten dat er veel energie vrijkwam die we anders gebruikten om ons te verzetten tegen het leven, om onze wankele positie te beschermen. Deze energie konden we nu gebruiken om vorm te geven aan de goede dingen in het leven.
Wij namen het besluit onze wil en ons leven over te geven in de hoede van God, hoe ieder van ons Hem dan ook persoonlijk aanvaardt.
In de eerste stap hebben wij toegegeven dat wij machteloos waren ten opzichte van onze relatie en dat ons elven onleefbaar was geworden.
Met de tweede stap kwamen we tot het besef dat een kracht, groter dan wijzelf, ons ons gezond verstand kon teruggeven.
De derde stap vroeg om een daad. Het is het openen van een deur. De sleutel hebben wijzelf en is onze bereidheid. De bereidheid om verstarde ideeën op te geven. Toegeven dat wij niet alles moeten en kunnen regelen. Vertrouwen op de positieve Kracht, op God, wat wij daaronder dan ook verstaan.
De meesten van ons hadden geprobeerd op eigen kracht te leven. Als een toneelspeler die alles in eigen hand wilde houden: de belichting, het decor, de regie. Als iedereen maar naar ons zou willen luisteren zou de voorstelling geweldig worden. We gebruikten al onze mogelijkheden. We waren vriendelijk, tactvol, geduldig, onbaatzuchtig en wijs. Als het ons uitkwam konden we ook gemeen zijn, zelfzuchtig, oneerlijk en dwingend. Anderen kregen de schuld als de voorstelling niet lukte.
We wilden nog wel eens toegeven dat het ook aan ons lag, maar dit toegeven was vaak schijn. In feite zaten we vol met boosheid, wrok, verontwaardiging en zelfbeklag. We werden niet begrepen, iedereen leek tegen ons.
Ooit meenden we dat we alles in eigen hand moesten houden. Maar deze gedachten bleek de wortel van onze moeilijkheden. We waren het voorbeeld van dolgedraaide eigengereidheid, ook al zouden we dat nooit van onszelf gezegd hebben.
De derde stap leert ons vertrouwen, of zoals Alan W. Watts het formuleert: "Wij moeten duidelijk onderscheid maken tussen geloof en vertrouwen. Geloof is in de praktijk namelijk vrijwel lijnrecht tegen vertrouwen komen te staan. Geloof in de zin waarin ik het woord hier gebruik, is staande houden dat de waarheid is wat je graag zou willen dat ze was. De gelovige stelt zijn geest open voor de waarheid op voorwaarde dat deze aansluit bij de ideeën en wensen die hij al heeft. Bij vertrouwen stel je je geest echter onvoorwaardelijk open voor de waarheid, wat die ook mag blijken in te houden. Vertrouwen is niet vooringenomen; het is een sprong in het grote onbekende. Geloof betekent vasthouden, vertrouwen loslaten. In die zin is vertrouwen de meest wezenlijke deugd van de wetenschap en tevens van elke persoonlijke geloofsovertuiging die je niet voor de gek houdt."
Met de derde stap stelden we ons open voor verandering. We zetten de deur op een kier. Dat werkte al bevrijdend en ontspannend. We hoefden niet meer tegen de stroom op te roeien. Evenmin het leven en de omstandigheden naar onze hand te zetten. We merkten dat er veel energie vrijkwam die we anders gebruikten om ons te verzetten tegen het leven, om onze wankele positie te beschermen. Deze energie konden we nu gebruiken om vorm te geven aan de goede dingen in het leven.